Ruim veertig jaar het Van Gemerens Familiekoor dirigeren; een dankbaar onderwerp om over te schrijven. Zoveel herinneringen zijn er op te halen. Van de jongensdroom mijn brood te verdienen in de muziek.... tot een bus vol familie in de sloot tot.... 42 jaar afwisseling en muzikaal avontuur. Ooit schreef ik een versje (zoals Toon Hermans zijn gedichtjes zo mooi noemde) over wat een clown en een dirigent aan elkaar verbindt. Hier een klein stukje uit dit vers: "Een clown treedt op in het circus en doet dat voor zijn werk. Maar ik, ik doe 't voor mijn plezier en nog wel in de kerk. Een clown die heeft zijn pakkie en ik heb m'n muziek, maar verder is er geen verschil, we hebben allebei publiek."

vrijdag 23 april 2010

“NA DE ZONDVLOED…”

Met de ‘tussenzang’ van mijn vorige Blog, waarin het verhaal van ‘de lepeltjes’ wel héél erg in de smaak viel, pak ik de draad weer op vanaf 1953, zo ongeveer na de watersnood.
Uit die periode van geëvacueerd zijn herinner ik mij nog één ding; het heimweegevoel van die eerste nacht in Roosendaal toen ik samen met broer Henk ‘gedropt’ werd bij twee onaardige vrijgezelle zussen waarvan de één lange felrood gelakte nagels had en de ander even felrood geverfd haar. Het type ‘weeshuisdirectrice’ uit de film Annie…!
Midden in de nacht zijn Henk en ik toen gevlucht naar het adres waar pa en moe hun intrek hadden genomen met natuurlijk… broertje Koen!
Hoe dan ook, we zijn die paar weken verder goed doorgekomen.
Eenmaal terug op Zwingelspaan zag ik de woestenij in de polder en weet nog goed dat ik dacht; ‘zo moet het er ongeveer na de zondvloed ook hebben uitgezien…’
Ongelooflijk hoe snel het gewone leven weer op gang kwam. Op het land, ter zee en in de (bakkerij)lucht. Ook gingen we weer ‘gewoon’ naar school, kerk en knapenvereniging…

En ineens was daar de vraag; “hoe nu verder met Gerard na de lagere school”?
De Zwingelspaanse klasjes doorliep ik ‘haperend’ en ik had ook nog als nadeel dat ik een zogenaamde ‘late leerling’ was! Uiteindelijk werd in overleg met meester Kruit besloten dat ik in augustus van dit jaar maar moest gaan studeren. Maar, waarheen? De ambachtschool viel af vanwege “dat wordt toch nooit niks met hem”. Voor werken bij een baas was ik natuurlijk veel te jong, dus uiteindelijk viel de keus op de mulo-school in Zevenbergen.
Thuis zag uiteraard niemand een bolleboos, zijnde een ‘uitzonderlijk begaafde leerling’ in dat ravottende ventje….maar, men moest toch wat!
Ik zag de bui al hangen; straks dagelijks 15 km heen en 15 kilometer terug fietsen, door weer en wind en daar zag ik tegenop als tegen zeven bergen…..!

“HET TREFPUNT”
Maar goed, het harmonium had als door een wonder de watersnood overleefd. Ik begon weer hard aan de “klavar-zelfstudie” en was mijn moeder wát dankbaar dat zij mij hierin stimuleerde. Mijn muzikaal en oprecht vrome moeder, die altijd in kerk en huis de tweede stem zong, had een drietal zussen met hetzelfde geloofsvertrouwen als zij. Wijze en gezellige tantes en ik zou hun tekort doen als ik niet via bijgaande foto een ode aan hen bracht.
De 4 zusjes van Gemeren; zittend links is Jansje (van der Meijde), rechts Betje. (Vliegenthart). Staand links is Antje (Storm), rechts Sijgje (Strootman).

Ik begon rap alle psalmen én de 29 gezangen onder de knie te krijgen. Van een liedboek was in die tijd geen sprake en ‘Johannes de Heer’ was ondenkbaar als kerkzang voor de Heer….
“Als ik de psalmen en gezangen kan spelen, wordt ik organist in onze kerk ” beloofde ik moeder Sijgje. Deze belofte legde mij geen windeieren…!
Mede doordat mijn broers en zussen uitzwierven door werk, in militaire dienst of trouwen, kwam er meer ruimte om orgel te spelen en werd mijn ‘speelkwartier’ een ‘speeluur’ per dag!
Met hoeveel mensen we thuis ook waren; stil was het nooit. Altijd weer die levendige sfeer in ons huis en de geur van vers brood….
De bakkerij op ’t Spaan bleef een trefpunt met aantrekkingskracht op dorpsbewoners, vertegenwoordigers, boeren, burgers en buitenlui. Zij kwamen allemaal even graag in de wéreme bakkerij een praatje maken. Hoogtepunt echter bleef toch áltijd weer het familiebezoek uit Rotterdam.
Vele van Gemerens kwamen en gingen. In de loop van de tijd zullen in relatie met het Van Gemerens Familiekoor veel familieleden ‘de vgf-revue’ passeren…
Eén iemand die ik nu alvast memoreer kwam in die jaren vijftig óók geregeld op ’t Spaan maar… hij ging, helaas voorgoed; André van Gemeren!
Hoewel hij en ik in twee totaal verschillende werelden leefden was hij één van mijn beste vrienden! Een vrijbuiter, in mijn ogen soms een Robin Hood….
André had voor ons een hart van goud, was gek op alles wat ‘familie’ was maar was óók iemand die bijvoorbeeld weinig had met de plaatselijke sheriffs….!
Over de avonturen die we samen beleefden zou ik alleen al een blog kunnen schrijven.
Als ‘een rode draad’ loopt hij door de eerste jaren van de geschiedenis van het Van Gemerens Familiekoor…In de komende afleveringen zal ik daar zeker verslag van doen, eveneens gelardeerd met een paar kostelijke anekdotes!
Hij was de man die in 1977 aan de wortel stond van het succes van het koor door onze eerste langspeelplaat “Kinderen van één Vader” mede mogelijk te maken!
Wij maakten die plaat in de Oude Kerk van Scheveningen en je raad het al wie er op de voorste bank in de kerk zat tijdens de opnamen; precies, André!

“TOEN EN NU…”
Terwijl ik dit neerschrijf gaan mijn gedachten terug naar de tijd van ‘opgeschoten’ knulletje van bijna 14 jaar. Wij, als drie jongste Strootmannetjes hadden lol in het leven. Dit is ook wel te zien op bijgaande foto uit 1953, waar je ons ziet samen met neef Piet van Gemeren.
Saillant detail; Piet en ik hadden toen nog geen notie van het feit dat jaren later onze wegen beroepshalve weer zouden kruisen…!
Een blog-lezeres gaf de suggestie dat het leuk zou zijn om ‘toen en nu’ in beeld te brengen door middel van foto’s. Welnu, hieronder óók een foto van ons drieën een aantal jaren geleden….v.l.n.r. Koen, Gerard en Henk.
Hoe anders zag het er toen uit in vergelijking met nu, bijvoorbeeld ‘na schooltijd’.
Sporten als tennis, judo, hockey was ondenkbaar. Televisie was er niet, en van het woord computer had ik zelfs nog nooit gehoord… Tóch verveelden wij ons toen geen moment.

Misschien idealiseer ik, maar het hád toch wel iets als ’s avonds om elf uur de straatverlichting uitging, klokslag twaalf ‘Het Wilhelmus’ klonk, het daarna muisstil was op de dijk en je ’s nachts nog moest zoeken op de radio naar een verdwaalde zender….
Met weemoed denken wij vaak terug aan vroeger. Natuurlijk zijn de verhalen van toen onmisbaar voor het heden en het is nu eenmaal leuk om iets te hebben (bijvoorbeeld het vgf) om op terug te kijken.
Iedere tijd heeft trouwens zijn eigen charme en gezelligheid. De sfeer van toen is er bij de van Gemerens óók vandaag nog, zij het in een totaal andere jas…!
En over ‘verhalen’ gesproken. Er komt voor de grote vakantie nóg een aflevering met anekdotes. Dit mede naar aanleiding van reacties op de vorige blog. En, er is nog een kostelijke voorraad…!

“STUDENT…”
Inmiddels zit ik in Zevenbergen op De Mulo. Ik hield het daar 3 jaar vol. Door weer en wind en op een ouwe fiets van mijn zus reed ik dagelijks met een groep van zo’n 25 man op en neer naar school! Mijn eerste rapportcijfers waren meestal niet hoger een 5.. Met het laatste rapport echter (vlak voor de overgang) blonk ik uit in prima cijfers … en dus ging ik ‘over’!
Het hoofd van de school, meester Hagoort kwam met regelmaat bij ons op ‘huisbezoek’ met de mededeling; “hij kán het wel, maar hij doét het niet.. “!
Na zo’n gesprek met de meester volgde er meestal een pittig gesprek met mij en de reactie thuis was vaak (en terecht); “wat moet er toch van je terecht komen…”
Ik moet dan ook bekennen dat ik op de mulo meestal met heel andere dingen bezig was dan met leren. In de schoolbanken dwaalden mijn gedachten altijd af. Starend naar buiten zag ik een totaal andere toekomst voor mij dan ‘het advies’ van de meester; en dat was doorleren…!

Wat ik wél deed was een belofte invullen: op mijn 16e tweede organist worden in “dat Oude Kerkje” in Fijnaart.
Op een écht tweeklaviers kerkorgel! Wat een feest! De eerste stap……
Heel veel werk maakte ik van psalmen en gezangen met voorspelen voorbereiden.
Ik kon met mijn ‘klavar’ gemakkelijk alles in een ‘goed zingbare toonsoort’ zetten. Iets wat ik jaren later bij het ‘van Gemerenkoor” eveneens deed!
Veel voldoening en plezier had ik in het spelen van mooie bekende melodieën bij het uitgaan van de kerk, vooral als de mensen meeneurieden! Op die ene keer na, toen ik dacht dat de dominee na een lange preek ‘amen’ zou zeggen en ik het orgel (herrie makende blaasbalg) aanzette waarna hij riep: “organist, even geduld, ik zeg nog geen amen….” !
Ik schrok me een hoedje maar ach, hoort erbij op weg naar volwassenheid.

WORDT VERVOLGD.

zondag 4 april 2010

NOG EVEN TERUG IN DE TIJD….

In de eerste vier afleveringen van “Muzikale Souvenirs van…” zijn mijn eerste veertien levensjaren zo ongeveer wel weergegeven.

Ter afsluiting van deze eerste tijd op Zwingelspaanse geboortegrond ga ik op verzoek van een aantal ‘volgers’ in vogelvlucht even terug naar vervlogen tijden om een paar kostelijke anecdotes te verhalen die letterlijk ’in de stofwolk der eeuwen’ zijn verdwenen…

Dan reis ik allereerst terug naar 1925. Want in dat jaar werd deze ‘chique’ foto genomen van de 4 zwagers met v.l.n.r. Arie van Gemeren, Hein Strootman, Leen en Piet van Gemeren.

Geef toe; deze figuren konden zo weggelopen zijn van de filmset in Hollywood.en wat waren deze mannen uit het ‘Charleston tijdperk’ aan elkaar gewaagd….

De twee andere broers Koen en Gerrit van Gemeren ontbreken op deze foto.

Waarschijnlijk was Koen op wereldreis en Gerrit óf aan het werk in de bakkerij óf bezig aan het vervullen van zijn ambtelijke taak als ‘semi-prof’ ouderling…, zijn roeping!

Oom Arie was eigenaar/directeur van ‘Wasscherij De Schie’ en woonde met zijn gezin aan de Mathenesserdijk 93a in Rotterdam. Let wel; dit adres is de bakermat van het van Gemerens Familiekoor!!

Arie was een veelzijdig, muzikaal en humoristisch man. Hij speelde net zo gemakkelijk trompet en bugel als orgel en piano. Had zelfs een tijdje “Autorijschool van Gemeren”!

De grap met Arie speelde zich af tijdens de maaltijd ter gelegenheid van het 25 jarig huwelijksfeest in de serre van Hein en Sijgje Strootman in Zwingelspaan.

Aan de ene kant van de lange tafel zat Arie en aan de andere kant Leen.

Op een gegeven moment riep Leen;

“Arie, geef jij de jus even door”.

“kom maar halen” zei Arie.

“Nee, brengen ” was Leen zijn reactie.

“Ik kom er aan” waren Arie’s legendarische woorden. Hij stond op, pakte de kom jus, stapte op tafel en liep zonder blikken of blozen tussen de boontjes, het vlees en de errepels door naar zijn broer Leen aan het andere eind van de tafel…!

De hilariteit bij de ongeveer twintig gasten laat zich raden.

Overigens konden Arie en Hein het prima met elkaar vinden. Tijdens een ritje door het Brabantse land werd deze kostelijke foto genomen van de “twee industriëlen” met hun auto.. Rechts Arie met familie en links vader Hein met de 6 oudste Strootmannetjes.

KOEN VAN GEMEREN..

In een volgend hoofdstuk zal oom Koen van Gemeren als filosoof, humorist en hoboist een hoofdrol spelen!. Echter als voorschot van hem de volgende anecdote;

Toen Hein en Sijgje een keer bij Koen en Lida van Gemeren in Rotterdam op bezoek waren werden zij uitgenodigd om daar te blijven eten. Na de maaltijd pakte Oom Koen, die al vele zeeën had bevaren en net terug was uit Rusland, de bijbel en vroeg aan mijn vader: “Wil jij een stukje lezen Hein”? “Da’s goed”, zei pa en pakte de bijbel aan van Koen.

Hij sloeg hem open en zag tot zijn verbazing dat het een Russische bijbel was…

Maar Hein vertrok geen spier, bladerde even in de bijbel en zei toen; “ik lees psalm 23”

Koen gniffelde en vader Hein begon; De Heer is mijn Herder, mij ontbreekt niets…. en ‘las’ vervolgens geheel psalm 23….

Oom Koen, die een geintje met zwager Hein wilde uithalen wist niet hoe hij het had, niet wetend dat mijn pa psalm 23 feilloos uit het hoofd kende….

DE LEPELTJES….

Een van de meest kostelijke anecdotes speelde zich af op Zwingelspaan in een tijd dat de meeste ouders nou niet bepaald een “vraagbaak voor sexuele opvoeding” waren…..

Twaalf kinderen hebben waarvan ongeveer de helft tegelijkertijd verkering kreeg moet toch wel hoofdbrekens gekost hebben tijdens bijvoorbeeld de nachtelijke logeerpartijen van de partners om “de zaak” goed uit elkaar te houden…. hoewel, mijn moeder

was altijd vol vertrouwen in haar kinderen dat ‘het wel goed ging’ getuige het volgende voorval;

Wanneer je in de jaren vijftig verkering kreeg zag men elkaar meestal 2x per week. Men noemde dat dan ‘we gaan vrijen’….! Gebruikelijk was de woensdag- en zaterdagavond.

Op de woensdagavond gingen de geliefden overigens meestal weer huiswaarts. Mijn zussen en broers namen dan afscheid van hun verkering in bijvoorbeeld ons kantoortje, in de bakkerij of….. in de voorkamer!

Maar, die voorkamer had een bijzonder iets, daar stond namelijk een prachtig meubel met daarin verworven zilveren theelepeltjes waar niemand aan mocht komen!

Op een woensdagavond laat nam een van mijn broers/zussen (ik laat even in het midden wie)

afscheid van de verkering in de voorkamer terwijl mijn vader en moeder in de naast de voorkamer gelegen winkel druk aan het werk waren, zoals koekjes afwegen.

Er was wat gestommel en plots horen pa en moe vanuit de voorkamer op luide toon zeggen;

“nee niet doen, daar mag je niet aankomen….”

“Hein, hoor nou ‘s, zitten ze tóch aan de lepeltjes……”! zei moeder Sijgje…..

Mensen, vaak betekent de mooiste humor dat iets “een onverwachte draai krijgt” en dat is eigenlijk bij al deze anecdotes wel het geval! Zo ook bij de volgende…

HET VARKEN…

Iedere bakker had in de jaren 40/50 wel varkens. Zo ook wij op Zw

ingelspaan. Meestal vier stuks! Degelijke hokken waren er toen eigenlijk niet en het gebeurde nogal eens dat er een varken ontsnapte en de vrijheid opzocht.

In de nachten van vrijdag op zaterdag werd er altijd gewerkt in de bakkerij. Zo gebeurde het op een zaterdagnacht dat er gerammeld werd aan de deur van de bakkerij. Er stond een ‘Zwingelspanees’ op de stoep met de mededeling dat er een varken van ons op de dijk liep.

Onmiddellijk werd alarm geslagen en met alle beschikbare bakkersmanschappen werd, na veel gezwoeg, kunstgrepen en gemopper het varken uiteindelijk weer naar zijn hok geleid.

Pa zou de deur wel even openhouden maar zag tot zijn schrik dat al

le vier de varkens in het hok zaten…. Wat bleek: men had een half uur achter het varken van de buren aangesjouwd…

DE SCHUUR….

Soms overleeft humor de tijd! Zoals ‘de affaire’ tussen Hein Strootman en Leen van Gemeren. De aanleiding van dit verhaaltje uit de jaren veertig vond zijn oorsprong in de bakkerij op ’t Spaan.

Ome Leen was weer een paar dagen bij

ons logeren. Naast diepzinnige verhalen was er altijd plaats voor een lolletje. Zo kwam het onderwerp op “het onderhoud van de belendende percelen, zijnde een vervallen varkenstal, een verwaarloosd kippenhok en een kale schuur. (op de foto de schuur met pa Strootman, broer Piet en zus Bets ervoor.)

“Mijn schuur moet nodig een verfje hebben” zei Hein tegen Leen.

“Dat wil ik wel voor je doen” zei Leen.” Da’s goed” zei Hein, en in een gulle bui beloofde hij Leen 3 gulden, maar dan moest hij de schuur dan wel verven in zijn “zondagsche pak” !

Zo gezegd, zo gedaan. Leen verfde de schuur in het pak en mét hoge hoed op….!

Maar… van afrekenen is nooit gekomen. Hein bleef de drie gulden schuldig.

Tot in 1967. Toen werd tijdens de familiereünie in een ‘door de rechtbank’ belegde zitting Hein Strootman alsnog veroordeeld tot het betalen van drie gulden als achterstallig loon aan Leendert van Gemeren…

En alzo werd de rekening vereffend!

Onvergetelijk zijn de ‘familie-momenten’ in Brabant. Ter illustratie tot slot nog een ‘familiefoto’ uit 1938 genomen in de buurt van Zwingelspaan. Deze foto kreeg ik toegestuurd van neef Taco Van Gemeren Lzn. Wie zijn te zien op deze foto;

In het midden vooraan; Piet van Oom Leen. Dan, met de klok mee volgens ons;

Leo Strootman, zus Jannie, Sijgje met (?) op schoot, Rien, Jeanette en Piet. Rechts vooraan zus Annie, daarboven tante Annie van Gemeren (Leen’s vrouw) met Gré op schoot. In het midden zit vader Hein met Willy op schoot.

Deze Blog is een soort ‘tussenzang’ waarin ik getracht heb de sfeer uit de jaren ’40 en ’50 in Zwingelspaan weer te geven. Binnenkort een nieuw hoofdstuk waarin ik vanaf mijn 14e jaar de ‘muzikale’ draad weer oppak met verrassende mensen die een belangrijke rol hebben gespeeld op mijn levenspad… !

WORDT VERVOLGD.